INTERVIEW MET LIPPE OOSTERHOF,
BERNARD FERF JENTINK EN RIK BAUER

De drie heren kunnen zich er amper iets bij voorstellen. Liever denken ze er helemaal niet aan. Maar stel dat Stadsherstel niet zou bestaan? Wat zou dat voor Den Haag betekenen? In een statig en zorgvuldig gerestaureerd herenhuis aan de Jan van Nassaustraat in Den Haag zijn aan het woord Lippe Oosterhof (een van de oprichters), Bernard Ferf Jentink (directeur) en Rik Bauer (voorzitter van de raad van commissarissen).
‘Alles ging tegen de vlakte.’ Lippe Oosterhof gaat nog iets meer rechtop zitten in het kantoor met het hoge plafond. ‘De binnenstad van Den Haag werd op allerlei plekken aangetast. Het meest opvallend waren de rigoureuze sloop van het Spuikwartier en het bijbehorende plan van de Italiaanse architect Nervi. Hij wilde een kolos midden op de kale vlakte, die al direct de bijnaam “het motorblok” kreeg.’ Bernard Ferf Jentink: ‘Ik heb begrepen dat in die tijd, midden jaren zeventig, vrijwel niemand in het centrum van Den Haag wilde wonen. Dat hele straten dichtgespijkerd waren?’ Oosterhof knikt instemmend. ‘Historische panden werden verwaarloosd. Ook het zeventiende-eeuwse Spinozahuis bijvoorbeeld, dat destijds eigendom van de gemeente was. Daar moest iets aan gedaan worden!’
INVLOED
Hoewel het ruim veertig jaar geleden is, vertelt de bevlogen makelaar tot in detail verder over hoe hij met een groep invloedrijke en betrokken Hagenaars actie ondernam. ‘We belegden een bijeenkomst bij Van Lanschot. Mr. Pieter Berger was de directeur van die bank. Hij zorgde voor de benodigde middelen om de aankoop van historische panden mogelijk te maken.’ Hiernaast wist de groep volgens Oosterhof ook de nodige publiciteit te genereren over hun tegenbeweging. ‘Lucas Molhuijsen gaf ruchtbaarheid aan de verwaarlozing en werd daarbij gesteund door A.G. Sijthoff, directeur van de Haagsche Courant en Dick Hoorens van Heijningen, journalist bij Het Vaderland. Samen met hen, alsmede de uitgever J.H.C. Voorhoeve, richtte ik in 1974 de Stichting Monumentenfonds Den Haag e.o. op. Hieruit is in 1977 de N.V. Stadsherstel voortgekomen. We wilden het leefklimaat in de Haagse binnenstad verbeteren.’
‘WE ZIJN ER NOG NIET’
Rik Bauer: ‘Dat is nog steeds ons doel. Hoewel er tegenwoordig meer waardering voor monumenten is dan voorheen, is de kans op het slopen en verminken van historische panden ook in deze tijd groot. Denk bijvoorbeeld aan de vele leegstaande kerken in Den Haag en daarbuiten. Wat gaat er met die beeldbepalende panden gebeuren?’ Ferf Jentink: ‘Het is dan ook onze ambitie om zoveel mogelijk verwaarloosde monumenten te herstellen en een nieuwe bestemming te geven.’ Bauer: ‘Ons focusgebied is wel verschoven naar het oude centrum van Den Haag. Rondom de Oude Molstraat, waar Stadsherstel de eerste panden aankocht, gaat het nu de goede kant op.’ Ferf Jentink vult aan: ‘De uitdaging ligt vooral bij gemeentelijke monumenten en niet zozeer meer bij rijksmonumenten. Die staan er nu redelijk bij. Ook buiten het centrum, zoals op het Sweelinckplein. Wist je dat dit het enige plein in Den Haag is met alleen maar rijksmonumenten?’ Bauer glimlacht. ‘Heel toevallig hebben mijn ouders daar gewoond in de jaren zestig.’ Oosterhof richt zich tot beide heren: ‘Jullie hebben ons werk uitstekend voortgezet.’ Bauer: ‘We zijn er nog niet. Maar ik ben er trots op dat we de afgelopen economische crisisjaren goed door zijn gekomen. Zelfs toen konden we gewoon dividend uit blijven keren aan onze aandeelhouders.’ Ferf Jentink: ‘En we hebben veel mooie projecten gerealiseerd.’ Stadsherstel heeft inmiddels veertig locaties in beheer, die onderverdeeld zijn in ruim tweehonderd verhuurbare eenheden. ‘Een bijzonder project was bijvoorbeeld de restauratie van de ’s-Gravenhaagsche Stadsrijschool aan de Kazernestraat, verstopt achter het Lange Voorhout. Dat rijksmonument uit 1806 is jarenlang verwaarloosd. Terwijl het de oudste burgermanege van Nederland is. En een cadeau van Koning Lodewijk Napoleon Bonaparte aan de gemeente Den Haag. De omvangrijke restauratie is ook op tv geweest.’
ONTWIKKELING
Voor Stadsherstel is de toekomst minstens zo belangrijk als het verleden. Ferf Jentink: ‘We blijven ons als organisatie ontwikkelen om onze ambities waar te kunnen maken. Zo hebben we recent een schoolgebouw aan de Teniersstraat aangekocht dat geen monumentale status heeft. Dat is nieuw voor ons. Maar het gaat hier om een van de laatste oude panden in de Schilderswijk, een wijk die tegenwoordig voornamelijk uit jarentachtigwoningen bestaat.’ Ook nieuw is dat Stadsherstel hier meerdere nieuwbouwwoningen wil realiseren om zo de omgeving van het restauratieproject verder te verfraaien. Bauer oppert een volgende vernieuwing waar Stadsherstel zich op kan richten: ‘Het is mijn grote droom dat Stadsherstel ergens de komende jaren erin slaagt een monument te reconstrueren dat verdwenen is of zwaar verminkt en door veel Hagenaars wordt gemist.’
Ferf Jentink vervolgt: ‘Mensen identificeren zich met de gebouwen van een stad. Die maken een stad herkenbaar en uniek. Met de sloop of verwaarlozing van beeldbepalende panden en historische gebouwen gaan kennis, Haagse historie en een aangename leefomgeving verloren.’ Bauer: ‘Bovendien hebben veel mensen juist in deze tijd van globalisering behoefte aan authentieke beelden. Al met al gaan we de komende jaren met ons kleine team hard werken aan het vergroten van onze naamsbekendheid. We hopen dat hierdoor nog meer mensen achter ons werk gaan staan en als aandeelhouder of donateur met ons meedoen.’ Oosterhof gaat iets meer ontspannen in zijn stoel zitten. ‘Zo te horen denken jullie er in de basis nog precies zo over als wij veertig jaar geleden.’